Op veel creatieve mbo-opleidingen heerst de vrees dat AI het creatieve proces gaat afremmen of zelfs vervangen. Die vrees is niet terecht. AI kan juist een waardevol gereedschap zijn, zo ontdekte ik het afgelopen jaar.
 
													Tekst en beeld: Michiel Krikke, docent Creative Media Design aan het Grafisch Lyceum Utrecht
Ik ben alweer bijna negentien jaar docent Grafische Vormgeving op het Grafisch Lyceum Utrecht. In de zomer van 2025 rondde ik mijn Master Onderwijs & Technologie af. Dat heeft mijn kijk op AI in het creatieve onderwijs flink veranderd. AI is voor mij niet langer een bedreiging.
De discussie over AI in het onderwijs is vaak zwart-wit. Voor de ene onderwijsprofessional staat het gelijk aan vervanging van schrijfvermogen, automatisering en verlies van menselijk werk, terwijl de andere onderwijsprofessional vooral de kansen ziet.
In creatieve opleidingen speelt dat spanningsveld extra sterk. Wat blijft er over aan authenticiteit en ontwerptevredenheid als je een opdracht helemaal aan AI-applicaties overlaat?
In de praktijk blijkt dat AI nieuwe lagen toevoegt. Studenten gebruiken AI niet om kant-en-klare producten te produceren, maar om mogelijkheden te verkennen, ideeën sneller vorm te geven en meer variatie te creëren. Het echte werk blijft bij de student liggen. Die maakt keuzes, geeft authenticiteit mee en verfijnt.
Studenten leren iteratief met generatieve AI als gereedschap omgaan; samen voorwaarts in het verfijnen van de vormgeving en weer terug als dat nodig is. Een mooi voorbeeld hiervan is een jaarlijks filmposterproject waarbij studenten aan de slag gingen met AI-applicaties als aanvulling op hun ‘handmatige’ vaardigheden. Daar waar het proces voor de komst van Generatieve AI vooral lineair verliep, ontstond er mét generatieve AI veel meer ruimte voor verfijning, variatie en ontdekken. En daar werden de filmposters alleen maar beter van.
Studenten kijken er positief op terug. AI was voor hen een sparringpartner die nieuwe suggesties bood waarmee ze sneller konden itereren. De eindresultaten zijn geen AI-producten, maar samen gemaakte ontwerpen die duidelijk de hand van de student dragen.
Beeld genererende AI is belangrijk voor de creatieve industrie, maar taalmodellen spelen in het bredere onderwijs misschien nog wel een grotere rol. Voor bijna elke onderwijsvorm zijn ze tegelijk een uitdaging én een kans.
Neem de LLM’s, de grote taalmodellen. Die worden vaak gezien als een risico, vooral als studenten ze gebruiken om al hun schrijfwerk te laten doen. Maar kijk je anders, dan zie je juist de kracht. Zet je LLM’s in om teksten te verbeteren, aan te vullen of te verfijnen, dan heb je een fantastisch stuk gereedschap in handen.
De echte uitdaging voor scholen ligt daarom niet in het verbieden, maar in het slim omarmen van dit soort tools. Wie taalmodellen leert inzetten en beoordelen, kan studenten juist helpen professioneler te worden in hun schrijf- en denkprocessen.
Belangrijk is dat generatieve AI een onderdeel van een groter onderwijsontwerp wordt. Binnen mijn masteropleiding werkten we met modellen als Triple-E, TPACK en SAMR om de plaats van AI te bepalen.
TPACK hielp ons technologie, didactiek en vakinhoud in balans te houden. SAMR liet zien dat AI verder kan gaan dan simpelweg een digitale vervanging: het kan leerervaringen daadwerkelijk transformeren. In plaats van een klassiek moodboard bijvoorbeeld, maakten studenten van het Grafisch Lyceum Utrecht dynamische, door AI gegenereerde visualisaties. Studenten reageerden daardoor meteen op feedback. Dat leverde veel rijkere gesprekken op in de klas en gaf studenten eigenaarschap over hun proces. Triple-E bewaakt de balans tussen authenticiteit, versterking van het leerproces en betrokkenheid van studenten.
Tijdens mijn afstudeeronderzoek werd me duidelijk dat dat acceptatie van AI samenhangt met ervaring. Collega’s die aanvankelijk sceptisch waren, veranderden van houding na deelname aan de workshops die ik organiseerde. Ze gingen AI meer zien als aanvulling dan als bedreiging.
Studenten waren aanvankelijk vaak ambivalent, maar ook dat veranderde. Ze vragen wel om duidelijke kaders: wat mag er met AI en waar ligt de grens? Een AI-thermometer met meerdere niveaus van toestemming en gebruik geeft deze duidelijkheid.
 
													Door samen te werken met studenten, collega’s en bedrijven uit de creatieve industrie, groeide er een gedeeld inzicht. AI is niet de eindmaker, maar een slimme assistent die naast je zit en helpt bij onderzoeken, schrijven, sparren, conceptontwikkeling, beeldvariatie en verfijning.